GROEISTUIPJES
Geschreven door Bert Plomp
Later, toen Florence op de lagere school zat, heb ik regelmatig moeten lachen om haar pogingen ‘Lawrence of Arabia’ te imiteren.
Lawrence of Arabia was de hoofdpersoon in een drie en een half uur durende speelfilm uit 1962. Ik heb die film, een video-uitgave, eind zeventiger jaren eens gehuurd. Samen met haar vriendin, heeft ze die video talloze malen afgespeeld.
De film had zo veel indruk op haar gemaakt, dat ze als Lawrence of Arabia, met een wit laken om haar lijf geslagen, over straat rende. Onderwijl schreeuwde ze luidkeels “Akaba”. Daarbij zwaaide ze wild met een namaakzwaard om zich heen. Zo joeg ze menig voorbijganger schrik aan.
Akaba was een havenstad in Jordanië, die door Lawrence en zijn kornuiten veroverd moest worden.
Als Florence jarig was, dan was ze, net als ieder ander kind, in spanning over de cadeaus die ze zou krijgen en over wat we zouden doen met haar verjaardag.
Ze was enig kind en Jeany en ik wilden haar natuurlijk verwennen. Maar het wel binnen de perken houden. Haar niet bedelven onder de cadeaus.
Zoals dat in onze eigen jeugd gebruikelijk was, gaven we haar tevens iets nuttigs of educatiefs.
Van haar verjaardag maakten we altijd een echte feestdag. De avond ervoor werd het huis met slingers versierd. Op de dag zelf werd een verjaarspartijtje gegeven. Dat was geen feestje voor ouders, maar uitsluitend voor haar en haar vriendinnetjes.
In de zenuwen zitten voor de viering van een verjaardag of bang zijn voor Sinterklaas, dat vonden we maar niks voor een opgroeiend kind. Daar stuurden we dan ook allerminst op aan.
De verjaarspartijtjes waren altijd heel gezellig. Naast een consumptief karakter moest zo’n feestje ook een inspannend element hebben. De kost gaat immers voor de baat uit. De hele middag op een stoel zitten en gevoerd worden, was er bij ons niet bij.
Een aantal verjaardagen van Florence vierden we in het centrum van Utrecht. Daar bezochten we voor kinderen leuke attracties. Een zo’n partijtje begon met een beklimming van de Domtoren. Na zo’n fysieke inspanning, hadden we de rest van de dag geen kind meer aan de feestgangers. Eenmaal beneden aangekomen, gingen de hapjes en de drankjes er in als ketellapper.
Een keer vond het partijtje plaats in de bossen van Driebergen. Daar had ik op een zandvlakte een schat begraven, die aan het einde van een speurtocht opgegraven diende te worden. De kist bevatte voor iedere speurder een zakje met lekkernijen. Helaas kwam de schat na veel graven niet boven de grond. De coördinaten die ik had opgegeven klopten niet helemaal. Dat was dus een echte anticlimax. In een nabij gelegen restaurantje kon de honger alsnog worden gestild.
Daags erna, gewapend met een spa, ben ik in mijn eentje wederom aan het graven geslagen. Uiteindelijk heb ik de kist toch weten te vinden. Het scheelde ‘maar’ een halve kuub extra graven op de hoeveelheid zand die al verplaatst was. Zodoende konden de versnaperingen alsnog aan de kinderen uitgedeeld worden.
Bij ons thuis werd er veel gelezen. Elkander voorlezen deden we ook regelmatig. Toen Florence nog een kleuter was, las Jeany, voor het slapen gaan, haar uit allerlei kinderboeken voor. Na het voorlezen was het vervolgens mijn beurt om haar naar bed te brengen. Dan moest ik haar eerst op mijn nek nemen en rondrennen door het huis. Tot slot van de rit omhoog de trap op naar zolder, alwaar haar slaapkamer zich bevond.
Een dergelijke, wilde toer door het huis leidde er meestal toe, dat Florence niet snel in slaap viel. Dat betekende dat ik nog de nodige tijd aan haar bed moest doorbrengen om haar in slaap te sussen.
Toen Florence ouder werd, las ik haar veel voor uit onder andere ‘Woutertje Pieterse’. Dat was verreweg ons favoriete boek. Uit dit prachtige werk van Eduard Douwes Dekker, heb ik haar herhaaldelijk moeten voordragen. We hebben keer op keer krom gelegen van het lachen om hetgeen zich in huize Pieterse afspeelde. Gelachen om de bekrompenheid van Woutertjes ouders. Om juffrouw Laps en om zijn onderwijzer: Meester Pennewip. Een boek vol hilarische ontwikkelingen, waarin dit onbedorven, wijze jongetje steeds weer centraal stond.
Toen Florence als teenager zich in het uitgaansleven stortte, was ik daar niet altijd happy mee. Helemaal niet als het nachtwerk dreigde te worden.
Maar goed, ook zij had het recht om zich uit te leven. Ze was echter een heel mooi meisje, dat je als vader liever niet door de straten van ‘donker Utrecht’ zag zwerven. Ze was weliswaar altijd in gezelschap van vrienden en vriendinnen, maar dat is geen garantie op een goede afloop. Om die reden spraken Jeany en ik vaak met haar af, dat we haar zouden ophalen aan het einde van de avond. Als ze in een discotheek was, dan dansten we nog een paar rondjes mee. Dat hebben we tot haar achttiende verjaardag volgehouden. Niet altijd met haar volle instemming.
Florence is, net als ik, nogal vasthoudend en niet snel geneigd zich te laten overhalen tot een andere kijk op zaken. Dat kun je ook gewoon eigenwijsheid noemen. Eigenwijsheid is een trekje, dat heel sterk te bespeuren valt in mijn moeders familie. De leden van haar familie waren allen stuk voor stuk enorme betweters. Zolang ze het tegen derden opnamen, was dat geen probleem. Dan vormden ze een eensgezind blok. Maar als ze het onderling oneens waren, dan sloeg al snel de vlam in de pan.
Florence en ik hebben ook wel eens een discussie waar geen einde aan komt. Dat is wel eens onbevredigend, maar het leidt zelden tot ruzie. Als we dan zo aan het discussiëren zijn, dan kun je als toehoorder maar beter de kamer verlaten.
Net als haar vader, heeft Florence er een tijd flink met de pet naar gegooid. Na die periode werd de opgelopen ‘achterstand’ echter spoedig meer dan goed gemaakt. Al met al ben ik zeer trots op mijn dochter.
EINDE
Voor alle afleveringen klik op: Een zware bevalling
Voor meer gratis verhalen, gedichten en columns, meld je aan op mijn FB-pagina: