EEN WARME ONTVANGST
Geschreven door Bert Plomp
In de zeventiger jaren waren dijkhuisjes erg in trek in Nederland. Dat zal thans nog wel het geval zijn. Hoewel het oprukkende water bij de bewoners ervan, nu regelmatig voor slapeloze nachten zal zorgen.
Een dijkhuisje ligt vaak diep verscholen achter de hoge dijk van een rivier. Het aangezicht van zo’n pandje geeft de passant een veilig en romantisch gevoel. In het bijzonder op een mooie zomerse dag, als aan de natte kant van de dijk het water van de rivier zich traag en geruisloos stroomafwaarts beweegt.
Hoe anders is het gesteld wanneer aan gene zijde het water hoog op staat tegen de dijk en wild tekeergaat. Op zo’n moment maakt die stemming abrupt plaats voor gevoelens van onbehagen en paniek.
Begin zeventiger jaren bezaten vrienden van mij een lieflijk dijkhuisje in het buitengebied van Geldermalsen. Ergens onder aan de dijk langs de rivier “De Linge”.
Voor mij, als opgroeiende stadse Utrechter, was Geldermalsen op zich al ruraal, laat staan het buitengebied ervan. Kortom, de omgeving van Geldermalsen was in die tijd voor mij niet echt een streek waar ik warm voor liep. Ook de tocht ernaartoe vond ik een hele onderneming.
Mijn vrienden Fred en Mirjam Neighbour hadden er bij mij desondanks menigmaal op aangedrongen om eens een bezoekje aan hen brengen. Om eens op een zaterdag in de middag hun idyllische stekje aan te doen en mijn lieftallige vriendin Jeany vooral mee te nemen.
Met enige tegenzin besloten Jeany en ik maar eens gehoor te geven aan hun uitnodiging.
Fred was leraar Engels. In de tijd dat Jeany en ik het voortgezet onderwijs bezochten, hebben we beiden les van hem gehad. Na de schoolperiode bleven we contact houden met Fred en zijn vrouw Mirjam.
Fred was relatief jong en werd gezien als een moderne leraar. Een leraar die zich op gelijke voet plaatste met zijn leerlingen.
Midden zestiger jaren was zijn manier van lesgeven progressief te noemen. De leerlingen dweepten met hem.
Het was in een tijd dat onderwijzend personeel nog veel respect inboezemde. Zodoende bezat een leraar op bijna vanzelfsprekende wijze autoriteit.
Een leraar die zich opstelde als een mede-klasgenoot, was voor leerlingen echt een weelde.
Op een afgesproken zaterdagmiddag in mei namen Jeany en ik de streekbus van Utrecht naar Geldermalsen. Fred zou ons bij het lokale busstation afhalen met de auto.
We arriveerden rond 4 uur in Geldermalsen en Fred begroette ons allerhartelijkst. In het bijzonder Jeany viel hierbij in de prijzen.
Vanaf het station was het slechts 10 minuten rijden naar het dijkhuisje.
Aldaar aangekomen, stond Mirjam ons onder aan de dijk reeds op te wachten. Na de dijk via een stenen trap naar het huisje te zijn afgedaald, betraden we het romantische woninkje. Met stevige omhelzingen werden we hier nogmaals welkom geheten. Ik vroeg me even af waaraan we zo’n warme ontvangst te danken hadden.
Zodra we gezeten waren, werden we gefêteerd op een borrelhapje en een drankje. Mirjam dook aansluitend de keuken in om zich verder te wijden aan de maaltijd die we zouden gaan nuttigen.
Hoewel Mirjam niet echt bekend was met de Surinaamse keuken, had ze een serieuze poging gedaan pindasoep te bereiden.
Toen de soep eenmaal op het vuur stond te pruttelen en alle ingrediënten waren toegevoegd, kwam ze weer bij ons zitten in de woon-eetkamer.
Het zitgedeelte van deze kamer bestond uit twee tweepersoons bankjes. De indertijd geldende fatsoensnormen in acht genomen, boden ze zitcomfort aan slechts een persoon per zetel.
Deze kleine bankjes stonden aan weerszijden van een laag langwerpig tafeltje opgesteld.
Ofschoon ik een van de bankjes maar al te graag had willen delen met mijn mooie Jeany, was Fred mij jammer genoeg voor geweest.
WORDT VERVOLGD
Voor alle afleveringen klik op: Een benauwd avontuur in een dijkhuisje
Voor meer gratis verhalen en columns, meld je aan op mijn FB-pagina: