POEPOOG
Geschreven door Bert Plomp
Met mijn destijds nog niet zo imponerende schouderpartij probeerde ik begin september van het jaar 1963 mij toegang te verschaffen tot de Rijks HBS aan de Kruisstraat in Utrecht.
Terwijl ik de deurkruk omlaag duwde, drukte ik met een van mijn schouders uit alle macht tegen de gigantische voordeur van de school teneinde deze naar binnen te doen bewegen.
Op dat moment realiseerde ik me dat er een nieuwe, enerverende periode in mijn leven op het punt stond te beginnen.
Zodra de deur in beweging kwam en er een opening ontstond stroomde mij een geur tegemoet van een mengsel van zweet, boenwas en sigarettenrook. Kortom, een melange die garant staat voor een stevige koppijn bij langdurige blootstelling daaraan.
Deze vrijdag telde nog niet als eerste schooldag. De school was slechts open voor het afhalen van het lesrooster en de boekenlijst. De boekenlijst vermeldde alle studieboeken die gedurende het schooljaar behandeld zouden worden door de docenten. Het was zaak dat je als leerling over de meest recente uitgave van die boeken beschikte. Een ietwat oudere druk zou bij gebruik weleens aanleiding kunnen geven tot enige miscommunicatie.
Uitgevers en eenieder die in dat boekencircuit een boterham verdiende, hadden ook toen al in de gaten dat er geld viel te verdienen aan die eis.
Iedere tekstwijziging, hoe onbeduidend dan ook, maakte zodoende een oudere uitgave waardeloos. Dat noopte tot de aanschaf van de nieuwste uitgave van dat boek.
Toen ik die dag de Kruisstraat inliep, ging ik nog enigszins gebukt onder de gedachte dat ik in mijn kleutertijd vanuit een gezondheidscentrum, gelegen tegenover de ingang van de school, driemaal op transport werd gesteld naar een ellendige vakantiekolonie.
Hoe het ook zij, ik was inmiddels vijftien jaar oud en die vervelende tijd lag dus ver achter me. Ik zou nu instromen in de tweede klas van de school.
Reeds eerder, na een heel labiele aanloop, had ik via een toelatingsexamen al eens een poging gedaan tot deze HBS toegelaten te worden. In die dagen was het echter heel belangrijk uit welk milieu en van welke school je kwam. Of die twee garant konden staan voor succes.
Eerlijkheidshalve moet ik toegeven dat ik toen van de toets ook weinig gebakken had. De motivatie ontbrak er gewoon aan en van een stevige, aanmoedigende ondersteuning bij de voorbereiding op het examen was totaal geen sprake. Dus, zoals voor zovelen van mijn klasgenoten gold, dan maar naar de mulo.
De mulo ging me nogal makkelijk af. Na twee jaar verliet ik dat onderwijs weer en vertrok ik alsnog naar de Kruisstraat.
Toen ik de zware deur ver genoeg open had geduwd, glipte ik naar binnen. Mij werd aan de andere zijde van de deur de vrije doorgang echter belet. Een individu gehuld in een stofjas had zich daar breed opgesteld en hield mij tegen.
Met veel vertoon maakte hij mij erop attent dat hij Van der Kuile was. Dat hij de functie van hulpconciërge van de Rijks Hogere Burgerschool bekleedde.
Ofschoon dat weinig indruk op mij maakte was ik nu ook weer niet zo mondig dat ik hem direct liet weten dat ik Bert Plomp heette en dat mijn vader verzekeringsagent was. Oftewel, wat verbeeld je je wel niet Van der Kuile?
Eigenlijk had ik ook geen flauw idee wat een hulpconciërge eigenlijk voorstelde, wat de zwaarte van ’s mans functie was.
Veel later, toen ik hoorde dat hij ‘Poepoog’ werd genoemd en ik bijna dagelijks met hem te maken kreeg, ging mij het contact met hem veel gladder af.
De hulpconciërge gelastte mij me te melden in 2A op de eerste etage. Daartoe de linker trap te beklimmen. Niet de rechter, want die was bestemd voor leden van het vrouwelijk geslacht.
Halverwege de eerste etage twijfelde ik hoe nu verder te gaan. Daar gingen de twee aparte trappen namelijk over in één trap. In tegenovergestelde richting verder omhoog.
Kon je bij de eerste helft van de beklimming niet onder een rokje kijken, gedurende de tweede helft kon je de opgelopen schade alsnog goedmaken.
Uiteindelijk belandde ik in een klaslokaal met een bordje 2A provisorisch op de deur genageld.
Het lokaal zat vol met jongens en meisjes. Met hen zou ik het komende jaar het schoolavontuur aangaan.
Ik kende geen van de aanwezigen, terwijl de meesten elkaar al kenden van het vorige schooljaar.
Na een korte kennismaking vertrok ik spoorslags met het lesrooster en de boekenlijst onder mijn arm naar de stad. Op zoek naar een goedkope boekenzaak die handelde in tweedehands schoolboeken.
WORDT VERVOLGD
Voor alle afleveringen klik op: Een langharige op de Rijks HBS
Voor meer gratis verhalen, gedichten en columns, meld je aan op mijn FB-pagina: